Ronduit Rijn IJssel is het digitale personeelsmagazine van Rijn IJssel. Per editie staat een thema centraal. Met dit thema als uitgangspunt informeert Ronduit medewerkers over ontwikkelingen, projecten en activiteiten bij Rijn IJssel. Ronduit verschijnt vier keer per schooljaar. Heb jij een goed idee, interessant onderwerp of leuke activiteit? Laat het ons weten via ronduit@rijnijssel.nl.
Peter vertelt nog meer over zijn boek.
Bekijk het filmpje.
“Claudy heeft
een echte
winnaarsmentaliteit”
Waar ben je meest trots op?
“Dat ik grip heb gekregen op de geschiedenis van Rijn IJssel en dat er een boek ligt dat ook nog mooi vormgegeven is. De klus is geklaard.”
“Rijn IJssel moet kansen blijven geven aan kansarme jongeren”
Wil je de lezers van het boek iets meegeven?
“Allereerst hoop ik dat ze het met plezier lezen. Daarnaast wil ik ook een stukje historisch besef meegeven: het lager en middelbaar beroepsonderwijs startte 144 jaar geleden door een particulier initiatief. De mensen toen vonden het belangrijk dat kansarme jongens en meisjes een vak leerden, zodat ze zich konden ontwikkelen en voor zichzelf konden zorgen. Een emancipatiegedachte dus. En nog steeds vind ik dat Rijn IJssel kansarme jongeren kansen moet blijven geven - daar waren en zijn we nog steeds sterk in - en de overheid minder drempels moet opwerpen om dit te realiseren.”
“Claudy heeft
een echte
winnaarsmentaliteit”
Wat is de meest bijzondere vondst?
“Voor mij was dat het moment waarop ik bij het Gelders Archief speurde naar oude jaarverslagen. Ik maakte de archiefdoos open en daar trof ik het eerste jaarverslag van de Handwerkschool voor Meisjes aan. Ik was bij de bron. Hier maakte ik kennis met de mensen, de eerste directrice en de eerste docenten, die het initiatief genomen hadden te starten met wat nu uitgegroeid is tot Rijn IJssel. Ik werd er stil van.”
Ruim twee jaar heb je aan je boek gewerkt, gemiddeld één dag in de week. In hoeverre kwam je voor verrassingen te staan in de totstandkoming van het boek? Tegenslagen of frustraties?
“Het frustreerde me als ik op een dood spoor zat omdat er weinig materiaal bewaard is gebleven. Over de meao heb ik bijvoorbeeld weinig informatie. Veel archief is verloren gegaan in de Tweede Wereldoorlog en deels ook door de vele fusies en verhuizingen.
Ik ben wel verrast dat het boek zo omvangrijk is geworden. De geschiedenis begint met twee scholen en met name in de jaren vijftig ontstaan veel nieuwe vormen van beroepsonderwijs. Maar de puzzel bleef wel behapbaar. En wat me ook verrast heeft, is dat er zoveel komt kijken bij het schrijven van een boek: auteursrecht in de gaten houden, bronvermelding, contacten met vormgever. Gelukkig had ik een hele goede redacteur, Lucy Holl, die mij het laatste jaar begeleidde bij het proces. De beste tip die ze me gaf, was: schrijf het verhaal in de tegenwoordige tijd waarmee je de lezer het verhaal intrekt.”
“Claudy heeft
een echte
winnaarsmentaliteit”
“Al in de beginjaren was huisvesting vaak een probleem”
Het boek bestaat uit vijf hoofdstukken waarbij elk hoofdstuk een bepaalde periode beslaat. Elk hoofdstuk begin je met het tijdsbeeld van die periode en vervolgens hoe het onderwijs eruit zag. Wat is de rode draad van het boek?
“Huisvesting. Ik ontdekte dat de geschiedenis van het onderwijs deels ook de geschiedenis van de gebouwen is. Al in de beginjaren was huisvesting vaak een probleem en onderwerp van kritiek en reden om te gaan demonstreren: de Handwerkschool is begonnen in het magazijn van een meubelmaker. Daarnaast komt in al die jaren de verhouding tussen de beroepsgerichte vakken en de algemeen vormende vakken terug: de klacht is dan steeds dat er te weinig tijd besteed kan worden aan de specifieke vakken die opleiden voor het beroep.”
Waar heb je het meest plezier in gehad?
“De onverwachte vondsten die je doet. Zo trof ik in de kelder van de Thorbeckestraat in een oude doos de jaarverslagen vanaf 1950 aan. En in Wageningen vond de conciërge nog studentenkaarten.”
“Ik werd er stil van”
Nog meer ontdekkingen gedaan?
“De nijverheidsschool aan de Rijnkade, de oudste rechtsvoorganger van Rijn IJssel, ontving in 1953 het predicaat Koninklijk. De Koningin was beschermvrouwe van de school en bezocht enkele malen de school.”
“Claudy heeft
een echte
winnaarsmentaliteit”
Geschiedenis is belangrijk, want om het heden te begrijpen, moet je het verleden kennen.”
Wat voor boek moest het worden?
“Ik wilde graag een totaalbeeld schetsen van de voorgangers van
Rijn IJssel en de ontwikkeling naar één roc. Daarnaast moest het een makkelijk leesbaar boek worden met niet alleen tekst, maar ook veel beelden. Ik hou van de persoonlijke verhalen. Het boek bevat dan ook veel anekdotes, portretten en citaten.”
Hoe ben je te werk gegaan?
“Ik heb het niet allemaal alleen gedaan. Er was een klankbordgroep met daarin enkele collega’s van Rijn IJssel. Zij gaven advies en deden suggesties. Al snel was duidelijk dat de geschiedenis in chronologische volgorde verteld moest worden om het begrijpelijk te houden. De eerste uitdaging was om te bepalen waar de oorsprong van het middelbaar beroepsonderwijs in Arnhem ligt. Ik wist dat de school waar ik zelf begonnen ben in 1920 van start ging. Maar waren er scholen die nog ouder waren? Het was een grote ontdekkingstocht voor mij. Een puzzel. Ik heb veel informatie gevonden in het Gelders Archief en gebruik gemaakt van Delpher, een site waarin bijna alle Nederlandse kranten zijn gedigitaliseerd. Ik had een tijdbalk getekend met daarop scholen, het moment van oprichting, de naamswijzigingen en de fusies. Uiteindelijk kwam ik bij de eerste school die op 1 november 1873 van start ging en daarmee de oudste rechtsvoorganger van Rijn IJssel is: de Arnhemsche Handwerkschool voor Meisjes.
“Als je vroeg wie mee wil doen, stak een enkeling zijn vinger op”
Door: Marieke Stortelder
Na tweeënhalf jaar onderzoek, interviews afnemen en schrijven ligt het boek ‘De toekomst kent een rijk verleden’ daar: de geschiedenis van Rijn IJssel en al haar rechtsvoorgangers. Ter gelegenheid van het 20-jarig jubileum van Rijn IJssel ontving de Arnhemse wethouder Ron König maandag 9 oktober het eerste exemplaar. “Het boek was als een ontdekkingsreis.” Een gesprek met Peter over deze reis, onderwijsidealen en de Koningin.
“Ik ben eigenlijk helemaal geen schrijver”
“Al heel lang speelde ik met het idee,” antwoordt Peter op mijn vraag waarom dit boek, “maar ik ben eigenlijk helemaal geen schrijver. Wel is geschiedenis mijn hobby - ik heb geschiedenis gestudeerd - en in mijn laatste jaren bij Rijn IJssel zag ik heel veel oudere collega’s weggaan en dan dacht ik: daar gaat weer een stukje geschiedenis. Van de mensen die weggingen, kreeg ik dan weleens een doos mee met fotoalbums. Die bewaarde ik, maar pas een paar jaar voor mijn pensioen, nu drieënhalf jaar geleden, kreeg het idee vorm. Ik heb 44 jaar in het onderwijs gewerkt. Na een stage ben ik begonnen als avo-docent* aan de katholieke nijverheidsschool Molenbeke, een van de voorlopers van Rijn IJssel. Ik heb bijna altijd full-time gewerkt, dus het onderwijs is een belangrijk deel van mijn leven geweest.”
Wat wilde je met het boek?
“Een stukje geschiedenis vastleggen: grip krijgen op de geschiedenis van de ongeveer 45 instellingen die door fusies uiteindelijk in een trechter zijn gekomen en nu het roc vormen.
* algemeen vormende vakken
Hij snuffelde in de kast van zijn 91-jarige schoonmoeder en vond daar een bruine envelop. Wat hij daarin aantrof? Haar getuigschrift van de huishoudschool en een diploma costumière uit 1944. “Het was een van de leuke vondsten die ik deed voor mijn boek”, herinnert oud-collega Peter de Krijger zich.
Auteur Peter de Krijger doet een boekje open over:
De toekomst kent een rijk verleden
Hoe begeleid je een student tijdens mbo-vakwedstrijden?