Ronduit Rijn IJssel is het digitale personeelsmagazine van Rijn IJssel. Per editie staat een thema centraal. Met dit thema als uitgangspunt informeert Ronduit medewerkers over ontwikkelingen, projecten en activiteiten bij Rijn IJssel. Ronduit verschijnt vier keer per schooljaar. Heb jij een goed idee, interessant onderwerp of leuke activiteit? Laat het ons weten via ronduit@rijnijssel.nl.
Aan tafel vindt een geanimeerd gesprek plaats tussen de beleidsmakers Wouter Groothedde en Lenny van Kempen, respectievelijk verantwoordelijk directeur voor Internationalisering en beleidsmedewerker Internationalisering en de bevlogen uitvoerders Bas Boerboom, instructeur Pasvorm en Martin Stam, stagedocent Pasvorm. Een gesprek over ontwikkelingen van internationaal ondernemen en de gevolgen voor het onderwijs. Lenny: “Tien jaar geleden was het ‘leuk’ om een reisje naar het buitenland te maken, inmiddels bevindt onze aanpak zich in de volwassenheidsfase en is vrijblijvendheid verleden tijd. De aanpak is gestructureerd en gericht op resultaat, zoals het verbeteren van het curriculum of de studentvaardigheden. We bevinden ons in de voorhoede van de internationalisering van scholen in Nederland. Die voortrekkersrol dankt Rijn IJssel aan de betrokkenheid op nationaal niveau bij de Dutch Alliance, een groep van zeven roc’s die internationalisering ontwikkelen.”
“We bevinden ons in de voorhoede van de
internationalisering van scholen in Nederland.”
Verweven belangen
Dat de relevantie van internationaalgericht onderwijs groot is, wordt halverwege het gesprek duidelijk. Bas bezoekt regelmatig de Duitse deelstaat Thüringen met studenten Pasvorm: “Docenten en studenten proeven verschillen in arbeid, sfeer, structuur en cultuur. In de Duitse werkplaatsen werken studenten bijvoorbeeld meer aan vakvaardigheden dan in Nederland. Het zijn ervaringen die je meeneemt en inspireren, waarna je kunt besluiten een les anders in te richten.” Martin: “Binnen het project Euregio, richt ik me op kansarme jongeren van niveau 1 en 2. Door kennismakingsbezoeken op scholen en het grensoverschrijdend leren, beseffen jongeren dat gedragingen anders zijn in Duitsland. Onze hoofddoelen zijn het ontwikkelen van sociale vaardigheden en het wegnemen van angst voor vreemden.” Wouter: “Dit bewijst dat internationalisering misschien wel juist voor lage niveaus van belang kan zijn. Het maakt deze groep op persoonlijk vlak sterker.”
Het concurrerende Europa
Positieve geluiden overheersen als het gesprek vervolgt over de ontwikkelingen van internationaal onderwijs in Europa. Wouter: “Brussel stuurt aan op ‘Een leven lang leren’ en ‘New skills, new jobs’, met als doel om Europa tot een van de meest concurrerende regio’s te vormen. Daarbinnen stelt Nederland zich tot doel om tot de top vijf van kennislanden van Europa te horen. Rijn IJssel gaat daarin mee.” Lenny valt bij: “Door kennisdeling in het buitenland, introduceren studenten en docenten nieuwe methoden en technieken. Studenten van de kappersopleiding komen terug uit Spanje met een bredere kijk op het vak. Zij zijn pro-actiever, flexibeler, bezitten meer variatie in hun klantbenadering en introduceren nieuwe behandelingen op school. In het algemeen geldt voor alle studenten dat een buitenlandervaring aanleiding geeft tot reflectie.”
“Door kennisdeling in het buitenland, introduceren
studenten en docenten nieuwe methoden en
technieken.”
Volgens Lenny was internationaal studeren vroeger vooral een mogelijkheid voor universitaire studenten en krijgt nu het beroepsonderwijs steeds meer kansen. Lenny: “Er wordt momenteel gewerkt aan een creditsysteem voor waardering van in het buitenland opgedane internationale competenties. Mbo studenten kunnen straks een module van de opleiding in het buitenland doen met ECVET, een systeem voor overdracht van leerresultaten. Die modules hoeven dan niet nogmaals in het land van herkomst gevolgd te worden.”
Een tendens van andere orde is de groeiende interesse in talen en de Duitse taal specifiek. Martin beaamt en vult aan: “Die interesse geldt andersom ook. Er zijn Duitse basisscholen aan de grens waarbij de kinderen vanuit economisch oogpunt Nederlands leren.” Wouter: “Daarnaast is de interesse in opkomende economieën zoals Turkije een trend in zowel Nederland als Duitsland.” Volgens Lenny is ook deze interesse omgekeerd aanwezig, omdat er vanuit Turkije belangstelling bestaat voor het Nederlandse zorgsysteem.
Kritische geluiden
De gesprekspartners zijn het eens over de voordelen van de onderwijsinternationalisering. Is het percentage deelnemende studenten en docenten, in dat daglicht bezien, niet erg laag? En in hoeverre is het nadelig voor mensen die niet deelnemen? Wouter: “We willen iedereen in de gelegenheid stellen, maar een score van 100% is niet haalbaar. Bovendien wil niet iedereen er gebruik van maken. We bieden de vrijheid om te kiezen en zorgen ervoor dat het geen elitaire aangelegenheid wordt. Tegelijkertijd verandert de wereld en is het aan ons om studenten goed voor te bereiden.”